zaterdag 9 augustus 2008

Mensachtige wezens

- Ik vind het een, nou ja, verschrikkelijk stukje, Ben. Het spijt me zeer.
- Welk stukje, darling?
- Dat stukje van Wouter.
- Aha. Ik moet het nog eens lezen...
- Wat hij zegt over dat fantástische boek van De Waal, gewoon door even iets te citeren van de flaptekst.
- Daar heeft hij toch gelijk in? Wie Desmond Morris aanhaalt, is niet te vertrouwen.
- Ja, maar denk jij dat Frans de Waal dat ook zelf op de flap van dat boek zou hebben gezet?
- Nee.
- Dat bedoel ik. En verder...
- Ga vooral door, dear.
- Verder heeft hij het over mensachtige wezens, de apen. Daar weet hij alles al van.
- Dus daar hoeft een wetenschapper, een zoöloog of etholoog, zich niet meer mee bezig te houden?
- Ja.
- Daar heeft Wouter inderdaad een foutje gemaakt. Een vergissing gemaakt. Want kijk. Je kunt zoöloog worden en etholoog, en zeenaalden gaan bestuderen. Nuttige studie. Of je kunt varens op Oost-Madagascar gaan bestuderen. Ook nuttig. Of je kunt de roep der olifanten gaan bestuderen, of het geluid van vleermuizen. Dat is allemaal mogelijk. Zo kun je ook het gedrag van orang oetans of van chimpanzees of van bonobo’s gaan bestuderen. Helemaal los van hun zogenaamde mensachtigheid. Die mensachtigheid is zelfs helemaal onbelangrijk voor je studie.
- Juist!
- We zijn het weer helemaal eens, dearie.

Geen opmerkingen: